Hoe kan een LAB op locatie het curriculum relevant houden?

Hoe kan een LAB op locatie het curriculum relevant houden?

Live at

Door bij Leisure LAB de Leisure cultuur van de student en de bewoner van de stad te koppelen en te bestuderen, ontdekken we hoe het ons curriculum kan steunen en aanvullen. Het programma wordt gedragen door onderwerpen die ter tafel komen vanuit de samenwerkingen in het LAB. Belangrijke spelers zijn de student, de lokale stadsgenoot en de openbare plek waar zij hun ‘common-ground’ vinden. Wat brengt het?

Zuiderwind (een van de werkgroepen) volgt EMI kunst en cultuur. Zij verzamelen de verhalen van bewoners ‘oud en nieuw’ van de Groene Hillendijk. Dit geeft richting aan ideeën voor morgen voor de verbindende factor van deze winkelstraat in de wijk. olv Boyd Grund, zelf oud bewoner. De studenten van Zuiderwind brengen beginnende makers uit Rotterdam Zuid in contact met professionele makers, bewoners, beleidsmakers, platforms, etc. De Podcast, altijd opgenomen op locatie, inspireert weer nieuwe makers of uitvoerders om aan te haken bij dit groeiende netwerk Zuiderwind. Dit kan VAN/UIT zuid een virtuele makers HUB worden.

Kritisch denker Jurgen Habermas beschrijft de plek waar dit soort geregisseerde ontmoetingen plaats vinden als de ‘public sphere’ (Kester, 2013).
Habermas’ werken zijn een belangrijke bron voor de ontwikkeling van een dialoogmodel van de esthetiek in de kunst studies. Waar de kunst student op dit soort plekken de conversatie aan gaat via haar werk, kan de Leiure student die conversatie programmeren.
Sommige studenten programmeren direct een aantal regels voor deze ‘public sphere’ waaraan zij en deelnemers zich moeten houden. Dat idee had Habermas ook. Het is noodzakelijk om deze ruimte te isoleren van de dwang en ongelijkheid die de mens beperken in hun communicatie in het normale dagelijkse leven. Iets soortgelijks hoorde ik Henk Oosterling (filosoof, schrijver, docent) uitleggen tijdens debat ‘Het einde van het Verheffingsideaal’ in Arminius (2018). Hij omschreef oplettend te zijn om binnen het instituut straatregels en schoolregels bewust te scheiden en om duidelijk aan elkaar uit te leggen wat dit inhoud.

De studenten voelen verschil tussen het presenteren van je standpunt aan medestudenten binnen je klaslokaal, en het presenteren of delen van hun ideeën met anderen in de publieke ruimte. Habermas theoretiseert de voordelen van dit spreken in een ‘public sphere’. “Het dwingt je om je mening op een meer systematische manier te articuleren. Het dwingt je om jezelf vanuit het standpunt van de ander te zien, en dus, althans potentieel, je in staat stelt om kritisch en zelfbewust met die eigen mening om te gaan.” (Kester, 2013). Deze interactie cultiveert een gevoel van solidariteit tussen potentiële deelnemers, wat een wederzijds begrip beïnvloedt. En dus kan je op z’n minst zeggen dat alleen al door deel te nemen aan deze uitwisselingen, het alle spelers beïnvloedt in de richting van wederzijds begrip.

auteur: Desiree Kerklaan (LeisureLAB)

Kester, G.H. (2013), Conversation Pieces: Community and Communication in Modern Art, University of California Press Books