De toekomst van LeisureLab voor de veerkrachtige stad

De toekomst van LeisureLab voor de veerkrachtige stad

Live at

In 2029/2020 hebben we met het Comenius Teacher Fellow project ‘Leisure Lab voor de Veerkrachtige Stad’ de stap naar buiten letterlijk kunnen nemen voor onze opleiding Leisure & Events Management aan de Willem de Kooning Academie. We zijn ons onderwijs gaan uitvoeren daar waar het zich afspeelt. Niet de vraagstukken als casus naar binnen halen, maar midden in het vraagstuk samen met lokale stakeholders een bijdrage leveren aan de stedelijke ontwikkeling. 

Via deze blogposts is mee te lezen hoe we als team docenten en studenten dit speciale programma steeds konden bezien en bijsturen. We zijn gestart met 25 studenten. Dit LAB heeft inmiddels input gegeven voor practicebased onderwijs op maat in heel jaar 2. Deze bewezen onderwijsinnovatie heeft een uitdagend perspectief laten zien om de opleiding en haar studenten transdisciplinair te laten bijdragen aan de grootstedelijke transities die voor ons staan. 

Uit alle reacties, ook tijdens de live-events, valt op te maken dat doorgaan met het Leisure Lab in de stad nodig is. Vanuit die evaluaties schetsen wij als Leisurelab team een toekomst scenario. Wij zoeken voor de volgende stap weer partners en financiering (mail het LL-team).
Lees hier wat onze plannen zijn…

De motivatie voor Leisure LAB in de stad.

Een essentieel uitgangspunt bij onze praktische didactiek is dat we ons curriculum ontwikkelen vanuit crititcalpedagogy. Dit betekent dat onze studenten niet alleen beroepsvaardig maar vooral ook maatschappijkritisch worden opgeleid.   

Door onderwijs in de kern maatschappijkritisch te maken, leren onze studenten om te gaan met complexiteit én dragen ze actief bij aan en ontwerpen ze mee aan de richting die de veranderingen op gaan. Hiervoor is het ook belangrijk om aan de vraagstukken verbonden te zijn op een ruimtelijke manier. 

Het werkveld van de opleiding bestaat uit organisaties die bouwen aan stadscultuur. Zij komen uit de creatieve sector, de cultuursector of zijn maatschappelijk organisaties (kunstcollectieven, nachtleven, festivals, buurtinitiatieven). Dit betekent een groot aandeel zzp-ers, kleine bedrijven, stichtingen, coöperaties en (burger)collectieven. Zij hebben innovatie kracht en flexibiliteit maar niet persé genoeg middelen.   

Tenslotte verwacht de overheid ook veel van het onderwijs. Bij de ontwikkeling van Rotterdam Zuid bijvoorbeeld is een ‘Cultuur Campus’ aangekondigd. Als we aan dit soort vraagstukken willen bijdragen dan moeten we gezien worden. Vanuit beroepsonderwijs gezien betekent dit volgens ons: laten zien dat je praktische vertalingen van complexe uitdagingen kan leveren, in co-creatie met de lokale stakeholders.   

 

Toekomst denken

We willen deze hub in de stad zeker stellen voor een langere periode door onderzoek te doen naar de vorm en het programma zodat we kunnen groeien naar een volwaardig ‘City Station: Werkplaats voor Stadscultuur’ voor de hele academie. 
Twee projecten die ons hierbij inspireren zijn AutonomousFabric (WdKA) en DAI Roaming Academy (Artez). Deze projecten maken slim en waardevol gebruik van de omgeving buiten de school, respectievelijk op het gebied van fine arts en performing arts. ‘City Station’ wil inzichten hiervan overzetten naar het gebied van vrijetijd, stedelijke ontwikkeling en stadscultuur.  

 

Door het ‘City Station: Werkplaats voor Stadscultuur’ te ontwikkelen verbinden we ons aan actuele vraagstukken en aan relevante organisaties, burgers en consumenten op de plekken waar de uitdagingen zich afspelen. Het ‘City Station’ zal zich op verschillende plaatsen in Rotterdam manifesteren. Voor onze studenten wordt dit een structureel onderdeel van hun (project)onderwijs bij alle leerjaren van de opleiding. Door de interne verbinding met het kunstonderwijs en de externe verbinding met lokale partijen ontwikkelen we een vernieuwde versie van wat een beroepsopleiding zou kunnen zijn. Een vorm die waarde creëert voor zowel student, stad, instituut (WdKA) en opleiding. 

Innovatie en beoogde opbrengst

Wij bieden tijd aan. Tijd om innovatie en ontwikkeling door middel van experimenteren in het veld met de lokale stakeholders groter te maken (oa research through making, participatory design, action research). Dit is essentieel: de betrokken organisaties kunnen het zich maar tot op zekere hoogte permitteren om te experimenteren, want ze hebben te maken met de economische realiteit - versterkt door het verwoestende effect van Covid-19 op deze organisaties en sectoren. Onze studenten brengen tijd mee om zich met maatschappelijke vraagstukken en vragen vanuit de organisaties bezig te houden. Zij brengen een frisse attitude mee en hebben alle ruimte om te falen. 
Dit pleit voor positionering van het ‘City Station’ als een research & development (R&D) add-on voor de organisaties in de stad, terwijl het onze studenten de kans geeft om mede-ontwikkelaars van een lerende, levendige en leefbare stad te worden. 
 

Deze vorm van R&D draagt bij aan de transitie van de opleiding; we zitten dichter op het speelveld waardoor we betekenisvol leren bevorderen. We leren via de studenten en de samenwerkingspartijen rechtstreeks van de voorhoede in het veld. We bieden onze studenten rijke, authentieke en waardevolle leerervaringen aan terwijl we gelijktijdig als opleiding en instituut meebouwen aan de toekomst van de stad. 

We zoeken naar hybride vormen van het ‘City Station’ bij praktijkpartners, in gebiedsontwikkelingen en op de plek van het vaagstuk. De vorm ontdekken van deze school-in-de-stad om vervolgens het ‘City Station’ structureel onderdeel maken van onze opleiding is daarom een belangrijke opbrengst.   

 

Alles bij elkaar willen we in 2023 een onderwijsmodel hebben ontwikkeld en klaargezet waarin Leisure & Events Management studenten opleidt die (mee)ontwerpen aan stedelijke transities samen met lokale partijen. Het ‘City Station: Werkplaats voor Stadscultuur’, creëert letterlijk en figuurlijk ruimte voor experimenten, collaboraties en innovatie.